De prognose voor de bouwsector in 2023 was aan het begin van dit kalenderjaar negatief, aldus het Economisch Instituut voor de Bouwnijverheid in hun rapportage over de verwachtingen voor bouwproductie en werkgelegenheid. De bouwsector moest zich voorbereiden op een krimp in zowel 2023 als 2024 van respectievelijk 1,5 en 2,0 procent.

Gedurende 2023 zagen we dat de problemen uit 2022 nog niet geheel zijn opgelost. De bouwsector wordt nog steeds beïnvloed door potentiële bouwkostenstijgingen, lange levertijden, energieprijzen, welke allemaal samenhangen met de onveranderd, onstabiele relatie tussen Rusland en het westen.

De omzet voor bouwnijverheid zagen we gedurende 2023 nog steeds stijgen ten opzichte van een jaar eerder (bron: CBS). Hiermee is de prognose van het EIB nog niet waar te nemen. Echter stijgt sinds het tweede kwartaal van 2023 de omzet voor bouwnijverheid minder hard ten opzichte van een jaar eerder. Het is nog te vroeg om te zeggen of dit heeft geleid tot de verwachtte krimp uit de EIB-rapportage.

Een mogelijke verklaring van de minder hard stijgende omzet voor bouwnijverheid zijn de bouwkosten die sinds het begin van dit kalenderjaar tussen de 0,4 en 1,4 procent zijn toegenomen. Deze stijging is voornamelijk afkomstig door toegenomen prijzen voor materiaal, arbeid en transport. Een andere mogelijke verklaring is de toegenomen Europese Centrale Bank (ECB) depositorente waartegen Nederlandse banken kunnen lenen van de ECB. Deze hogere rente wordt doorgerekend aan klanten waardoor het financieren van projecten minder aantrekkelijk wordt. Voor onze recente 2023 international construction market survey, bezoek ICMS.